Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

WIA
Sinds 29 december 2005 geldt de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA, Stb. 2005, 572). De WIA is in de plaats gekomen van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO, Stb. 1996, 84). Beide wetten zijn niet met elkaar te vergelijken. De WIA is veel meer een arbeidsparticipatiewet dan de WAO is. Werkhervatting staat centraal en inkomensondersteuning wordt alleen gegeven als die noodzakelijk is.

IVA/WGA
De WIA kent verschillende uitkeringsregimes: de Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA) en de Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA). De WAO kende een dergelijk onderscheid niet.
De WGA-uitkering moet de gedeeltelijk arbeidsgeschikte stimuleren meer arbeid te gaan verrichten. Het verrichten van betaalde arbeid moet financieel lonender zijn dan inactiviteit. Die beloning moet hoger zijn naarmate de gedeeltelijk arbeidsgeschikte een groter deel van zijn verdiencapaciteit benut. Bewust is gekozen voor het begrip arbeidsgeschikte in plaats van het begrip arbeidsongeschikte. Dat laatste werd in de WAO gebruikt. Daarnaast moet de uitkering de werkgever stimuleren om de gedeeltelijk arbeidsgeschikten in dient te houden of te nemen.

De WIA is inmiddels meer dan 10 jaar van kracht. De knelpunten bevinden zich op het snijvlak van de sociale zekerheid en het arbeidsrecht.